Al ben ik oud, en stijf en stram van leden
- Al ben ik oud, en stijf en stram van leden,
- Al kom ik ook gebukt deez' feestzaal binnen treden,
- Schoon meer dan 80 jaar mijn kromme schouders knellen,
- 'K voel weêr met nieuwe vaart mijn bloed door d'aadren snellen,
- Nu 't puik der jongeliên, de bloem van Leeuwards veste,
- Bij Wadman hier vergaard echt van het allerbeste,
- En drinkt, zoo 't mannen past, als, wacht eens,
- als kartouwen,
- Zoo dat voor een mensch een lust om te aanschouwen
- Gelijk Aenaeas eens, na jaren angstvol zwerven,
- Bij Dido in Carthaag een lekker maal mogt werven
- En hoendersoep, en slaai, en applenbolle
- En D'biefstuk, gort en haas, en ik en weet neit wat,
- Zoo eet Minerva's corps hier groente, vleesch en riest
- En tot dessert een taart des koekenbakkers Piest.
François Haverschmidt.
- --oOo-- -