Herinnering
- Moeder, weet je nog hoe vroeger
- Toen ik klein was, wij tesaam
- Iedren nacht een liedje, moeder,
- Zongen voor het raam
-
- Moe gespeelt en moe gesprongen,
- Zat ik op uw schoot en dacht
- In mijn nacht-goed kleine jongen,
- Aan 't geheim der nacht.
-
- Want als wij dan gingen zingen
- 't Oude, altijd-eendre lied,
- Hoe God alle, alle dingen,
- Die wij doen, beziet.
-
- Hoe zijn eeuw'ge grote wond'ren
- Steeds beschermend om ons zijn,
- —Nimmer zong je, moeder, zonder 'n
- Beven dat refrein—
-
- Dan zag ik de sterren flonk'ren
- En de maan door wolken gaan,
- d' Oude nacht met wijze, donk're
- oogen voor me staan.
Uit: De wandelaar, 1916.
- --oOo-- -